Inhoud
“; ?>
- Algemene toetsenbordsneltoetsen
- Toetsenbordsneltoetsen in dialoogvensters
- Sneltoetsen van Microsoft Natural-toetsenborden
- Toetsenbordsneltoetsen voor toegankelijkheidsopties
- Toetsenbordsneltoetsen van #content Verkenner
- Opmerkingen
***
1. Algemene toetsenbordsneltoetsen
ALT+ENTER
De eigenschappen van het geselecteerde item/object weergeven.
ALT+ESC
Items doorlopen in de volgorde waarin ze zijn geopend.
ALT+F4
Het actieve item sluiten of het actieve programma afsluiten.
ALT+Onderstreepte letter in een menunaam
Het desbetreffende menu weergeven.
ALT+SPATIEBALK
Het snelmenu voor het actieve venster openen.
ALT+SPATIEBALK
Het systeemmenu voor het actieve venster weergeven.
ALT+TAB
Schakelen tussen geopende items.
BACKSPACE
De map die zich één niveau hoger bevindt, weergeven in Deze computer of in #content Verkenner.
CTRL terwijl u een item sleept
Het geselecteerde item kopiëren.
CTRL+A
Alles selecteren.
CTRL+C
Kopiëren.
CTRL+ESC
Het menu Start weergeven.
CTRL+F4
Het actieve document sluiten in programma’s waarin meerdere documenten tegelijkertijd geopend kunnen zijn.
CTRL+PIJL-LINKS
De invoegpositie naar het begin van het vorige woord verplaatsen.
CTRL+PIJL-OMHOOG
De invoegpositie naar het begin van de vorige alinea verplaatsen.
CTRL+PIJL-OMLAAG
De invoegpositie naar het begin van de volgende alinea verplaatsen.
CTRL+PIJL-RECHTS
De invoegpositie naar het begin van het volgende woord verplaatsen.
CTRL+SHIFT met een van de pijltoetsen
Een tekstblok markeren.
CTRL+SHIFT terwijl u een item sleept
Een snelkoppeling naar het geselecteerde item maken.
CTRL+V
Plakken.
CTRL+X
Knippen.
CTRL+Z
Ongedaan maken.
DEL
Verwijderen.
ESC
De huidige taak annuleren.
F10
De menubalk in het actieve programma activeren.
F2
De naam van het geselecteerde item wijzigen.
F3
Een bestand of map zoeken.
F4
De lijst van de adresbalk weergeven in Deze computer of in #content Verkenner.
F5
Het actieve venster vernieuwen.
F6
Schermelementen doorlopen in een venster of op het bureaublad.
Onderstreepte letter in een opdrachtnaam in een geopend menu
De desbetreffende opdracht uitvoeren.
PIJL-LINKS
Het volgende menu aan de linkerzijde openen of een submenu sluiten.
PIJL-RECHTS
Het volgende menu aan de rechterzijde openen of een submenu openen.
SHIFT met een van de pijltoetsen
Meerdere items in een venster of op het bureaublad selecteren, of tekst in een document selecteren.
SHIFT wanneer u een cd in het CD-ROM-station plaatst
Verhinderen dat de cd automatisch wordt gestart.
SHIFT+DEL
Het geselecteerde item definitief verwijderen zonder het item in de Prullenbak te plaatsen.
SHIFT+F10
Het snelmenu voor het geselecteerde item weergeven.
2. Toetsenbordsneltoetsen in dialoogvensters
ALT+Onderstreepte letter
De desbetreffende opdracht uitvoeren of de desbetreffende optie selecteren.
BACKSPACE
De map op het bovenliggende niveau openen als er een map is geselecteerd in het dialoogvenster Opslaan als of Openen.
CTRL+SHIFT+TAB
Naar het vorige tabblad gaan.
CTRL+TAB
Naar het volgende tabblad gaan.
ENTER
De opdracht voor de actieve optie of knop uitvoeren.
F1
Helpinformatie weergeven.
F4
De items in de actieve lijst weergeven.
Pijltoetsen
Een keuzerondje selecteren als de actieve optie uit een groep keuzerondjes bestaat.
SHIFT+TAB
Naar de vorige optie gaan.
SPATIEBALK
Het selectievakje in- of uitschakelen als de actieve optie een selectievakje is.
TAB
Naar de volgende optie gaan.
3. Sneltoetsen van Microsoft Natural-toetsenborden
CTRL+ +F
Computers zoeken.
#content-toets
Het menu Start weergeven of verbergen.
#content-toets
Het snelmenu voor het geselecteerde item weergeven.
#content-toets +BREAK
Het dialoogvenster Systeemeigenschappen weergeven.
#content-toets +D
Het bureaublad weergeven.
#content-toets +E
Deze computer openen.
#content-toets +F
Een bestand of map zoeken.
#content-toets +F1
#content Help weergeven.
#content-toets +L
De computer vergrendelen als u verbonden bent met een netwerkdomein, of schakelen tussen gebruikers als u niet verbonden bent met een netwerkdomein.
#content-toets +M
Alle vensters minimaliseren.
#content-toets +R
Het dialoogvenster Uitvoeren openen.
#content-toets +Shift+M
Het formaat van geminimaliseerde vensters herstellen.
#content-toets +U
Hulpprogrammabeheer openen.
4. Toetsenbordsneltoetsen voor toegankelijkheidsopties
ALT-LINKS + SHIFT-LINKS +NUM-LOCK
Muistoetsen in- en uitschakelen.
ALT-LINKS + SHIFT-LINKS +PRNT-SCRN
Hoog contrast in- en uitschakelen.
NUM-LOCK vijf seconden ingedrukt houden
Schakeltoetsen in- en uitschakelen.
SHIFT vijf keer indrukken
Plaktoetsen in- en uitschakelen.
SHIFT-RECHTS acht seconden ingedrukt houden
Filtertoetsen in- en uitschakelen.
#content-toets +U
Hulpprogrammabeheer openen.
5. Toetsenbordsneltoetsen van #content Verkenner
END
De onderkant van het actieve venster weergeven.
HOME
De bovenkant van het actieve venster weergeven.
NUM-LOCK + MINTEKEN op numeriek toetsenblok (-)
De geselecteerde map samenvouwen.
NUM-LOCK + PLUSTEKEN op numeriek toetsenblok (+)
De inhoud van de geselecteerde map weergeven.
NUM-LOCK + STERRETJE op numeriek toetsenblok (*)
Alle submappen van de geselecteerde map weergeven.
PIJL-LINKS
De huidige selectie samenvouwen als deze uitgevouwen is, of de bovenliggende map selecteren.
PIJL-RECHTS
De huidige selectie weergeven als deze samengevouwen is, of de eerste submap selecteren.
6. Opmerkingen
- U moet een wachtwoord aan uw gebruikersaccount koppelen om de account te beveiligen tegen onrechtmatige toegang. Als er geen wachtwoord aan uw gebruikersaccount is gekoppeld, kunt u met de sneltoets #content-toets +L niet voorkomen dat andere gebruikers toegang hebben tot uw accountgegevens.
- Het kan zijn dat sommige toetsenbordsneltoetsen niet werken als de optie Plaktoetsen is ingeschakeld in het dialoogvenster Toegankelijkheidsopties.
- Als u met #content verbonden bent via een #content Terminal Services-client, zijn enkele sneltoetsen gewijzigd. Zie de online documentatie over Terminal Services-clients voor meer informatie.
[/responsivevoice]